De Specht
Kinderen komen thuis en in het gezin én in de auto in aanraking met veel verschillende stijlen in muziek door de vele speelgoedjes die geluid maken, de televisie, de laptop, de telefoons, de speeldoosjes, de voordeurbel, de magnetron tingels, de oven, de kookwekker, en wellicht ook de instrumenten die in huis aanwezig zijn en waar op gespeeld wordt. Daarnaast zijn er in vele gezinnen ook huisdieren die ook weer allerlei geluiden produceren. Ouders (en kinderen) luisteren naar muziek en de kleintjes kijken naar you-tube en kinder-video’s, waardoor ze kennis kunnen maken met veel verschillende stijlen binnen het brede palet van muziek.
Ouders gebruiken geïmproviseerde deuntjes, maken eigen liedjes bijvoorbeeld bij het eten, bij het naar bed gaan, bij het aankleden etc. Veel van deze klanken, liedjes en muziek worden niet genoemd wanneer we jonge ouders vragen of ze met hun kinderen ‘iets doen aan muziek’. Ouders denken dan vaak alleen aan de kinderliedjes uit de cultuur en die hebben ze inderdaad niet meer paraat. Toch gebeurt er muzikaal gezien veel meer dan wij denken in de meeste gezinnen. Muziek, en zeker het reageren op klanken van de baby, meespelen met de vocalises, reageren op het brabbelen en het gebruik van infant-directed speech is zo van nature aanwezig dat bijna iedere ouder het (onbewust) gebruikt. Ouders hebben dus voldoende muzikale vaardigheden in huis om de meest elementaire elementen van muziek in de opvoeding in te zetten.
Belangrijk voor jonge ouders is om zich veilig te voelen als spelpartner tijdens de spelmomenten met hun baby of dreumes. In de thuissituatie zal dat vaak prima lukken. In een groepssituatie wordt dat vaak anders. Dan komt er toch een soort schroom om actief te zijn bij sommige ouders. Worden ze in de les dan ‘gevraagd om te spelen met hun kind’ dan zie je wel eens een passiviteit ontstaan of een ouder die zich ‘terugtrekt’. Ze laten het kind dan zijn/haar gang gaan en nemen zelf niet actief deel aan het spel. Deze verschillende reacties van ouders in een groepssituatie op ‘samen spelen’ zouden we wat meer mogen meenemen in onze overdenkingen over het ‘hoe, wat en waarom’ van de begeleiding van muzikaal spel van ouder-kind.
Met het liedje en het spel van ‘de specht’ kunnen we op veel verschillende manieren thuis en tijdens de muziekeducatie aan de slag. Hier kunnen we wellicht rekening houden met de verschillende opvoedstijlen, met de verschillen in betrokkenheid tijdens het spelen met de kinderen en (on)mogelijkheid van opvoeders om actief met de kinderen te spelen in een groepssituatie.
Introductie en eerste spelidee: een luistermoment: door steeds twee korte tikken achter elkaar te geven binnen een bepaald tijdsbestek ontstaat er een ritme. Jonge kinderen zijn super geïnteresseerd in ritme en zullen er zeker naar gaan luisteren. Door de ritmische tikken af te wisselen met variërende momenten van stilte, wordt de interesse gewekt en de aandacht vastgehouden.
In eerste instantie kan je er voor kiezen om alleen in de maten 1 tot en met 4 en aan het eind de twee tikken te laten horen. De twee tikken aan het eind zijn, zeker de eerste paar keren, een verrassing. Daarna worden de kinderen ermee vertrouwd en ontstaat er een soort structuur in de muziek waarbij de laatste twee tikken een mooi reactiemoment opleveren. Kinderen weten al snel wat er komen gaat en willen dan ook meedoen. Hier kan je dan weer verschillende reacties observeren. Sommige kinderen zijn zo bezig met ‘op tijd zijn’ bij de twee laatste tikken dat ze te vroeg tikken. Andere kinderen komen net te laat omdat ze nog denkend bezig zijn en een reactie kost, zeker in het begin, tijd. Maar herhaling biedt uitkomst!
Het tikken kan met de vingers, op tafel of op…. maar het gebruik van stokjes of een houten vogeltje is ook heel aantrekkelijk. Er zijn van die vogeltjes op een blokje hout. Met een touwtje trek je en dan tikt de vogel met de snavel. Leuk voor de oudere peuters.
Luisteroefening: richting van het geluid bepalen.
Zelfs baby’s zijn in staat om de richting van het geluid te bepalen. Zij draaien in eerste instantie met hun hele hoofd/ lijfje in de richting van het geluid. Wanneer ze hun spieren beter gaan beheersen zie je ze eerst horizontaal maar later ook verticaal het hoofd naar het geluid toe gaan bewegen. Door het geluid afwisselend op verschillende plekken rondom de baby te laten horen blijft het, een tijd lang, een leuk spelletje. Kunnen ze eenmaal kruipen dan bewegen ze zich naar het geluid toe.
Kinderen houden van verstoppen en zeker de peuters en de kleuters doe je er een plezier mee. Laat iemand zich verstoppen en na het horen van het tikken van de specht (het verstopte kind maakt het geluid) gaan we op zoek. Een mooi spel om de richting van het geluid te leren bepalen. In het begin hebben de kinderen hun handen vol aan het mee tikken. Ze zingen dan dus niet mee. Na verloop van tijd zullen ze de meest ‘in het oog springende’ stukjes tekst mee gaan zingen. Uiteindelijk het hele liedje. Als muziekdocent of (groot)ouder zing je dus de eerste tijd het liedje gewoon zelf.
Samen muziek maken:
Door zelf te tikken maken we samen muziek. Na een tijdje kunnen we zelfs precies tegelijk tikken en dat zorgt ook weer voor een gevoel van ‘dat kunnen we toch maar weer mooi samen’. Concentratie en gezamenlijk de aandacht richten, spelen een belangrijke rol. Ook de kleine motoriek (vasthouden van de stokjes, bewegen vanuit de pols, of voor de heel jonge kinderen vanuit de elleboog) en bij het tikken met de vingers de fijne motoriek, worden hier getraind. Kijken we naar de muzikale vaardigheden dan gaan we via het ervaren van de puls en het ritme, naar het bewust worden van puls en ritme, en dan naar het kunnen uitvoeren van puls en ritme. Voegen we, bij de peuters, de afterbeat toe in maat 5, 6 en 7 dan leren de kinderen om te wisselen van reactiemomenten door op een ander maatdeel de tik te geven. Spelenderwijs gaat dat, op den duur, zeker lukken! Het is, zeker in het begin, een mooie uitdaging. En hier werken we dus ook aan zelfvertrouwen, ik ben iemand en ik kan wat.
Natuurlijk kunnen we dit liedje en de spelactiviteiten nog verder uitbreiden en muzikaal onderbouwen. Ik denk dan aan: omvang melodie, gebruikte toonsoort, improvisatie mogelijkheden, contrast, vorm, en we kunnen ook allerlei extra muzikale lagen bedenken.